donderdag 20 januari 2011

Recensie van een Haneke-film

Ateuil en Binoche in de rats over een videoband
Dus mijn vriendin klaagde er laatst over dat we altijd films keken die ik aandroeg. Als zij iets voorstelde, had ik er nooit zin in. Te zwaar, vond ik haar filmkeuze meestal.
“Volgens mij wil je ze gewoon niet kijken omdat ik ermee gekomen ben”, zeurde ze. “Je wilt van mij niks aannemen. Je wilt het zelf bedacht hebben…”
Dat zette me aan het denken.
“Ik heb toch best veel van jouw films met je gekeken?” wierp ik tenslotte tegen. “En sommige vond ik zelfs goed! We hebben ook best wel dezelfde filmsmaak, Lost Highway en zo… Ik hou gewoon niet van dat zware, dat trage, humorloze zonder echte spanning… Neem nou die Haneke. Best mooi gefilmde beelden, maar ik kom er niet doorheen.”
“Ik vind dat zware en trage van die films juist goed”, zei ze. “Dat hoort ook bij het genre. Dat psychologische… Die onderhuidse spanning.”
Ze impliceerde met deze opmerking dat ik de fijngevoeligheden van de menselijke psyche niet goed aanvoelde, vermoedde ik, terwijl ik de woede in me voelde opstijgen. En dat zulke zware kost te hoog gegrepen was voor een oppervlakkige klootzak als ik.